Ridderzaal s-Gravenhage

Restauratie door P.J.H. Cuypers (1880-1910)

Ridderzaal Den Haag binnenkant

Rijksbouwmeester Willem Nicolaas Rose (1801-1877) kreeg de verantwoordelijkheid voor de restauratie. Deze nam de Ridderzaal echter op zo’n ingrijpende wijze onder handen dat er van het historische karakter van de ruimte weinig overbleef. Zo meende Rose bijvoorbeeld dat de houten overkapping niet origineel kon zijn en liet hij het pronkstuk van middeleeuwse bouwkunst zonder pardon vervangen door een eigentijds dak van glas en gietijzer. Toen het gebouw ook nog eens de functie kreeg van archiefruimte, was de verontwaardiging compleet. Zowel publicisten als politici beklaagden zich over de nieuwe situatie en brandmerkten de rijksbouwmeester als ‘de vernieler’ van de Ridderzaal.

 

Het huidige karakter van de Ridderzaal is grotendeels de verdienste van Pierre Cuypers. Allereerst liet hij een exacte kopie plaatsen van het dak dat Rose eerder had afgebroken en vervolgens voorzag hij het gebouw van talloze op het verleden gebaseerde elementen, zoals de opvallende troon van het staatshoofd.

 

De koninklijke Ridderzaal
Sinds het begin van de twintigste eeuw kan de Ridderzaal ook weer met recht een koninklijke zaal worden genoemd. En een representatieve troonzaal waar sinds 1904 elke derde dinsdag van september de opening van de Staten-Generaal plaatsvindt.

 

Ridderzaal
2513 AA Den Haag

 

Bron: Leeuwen, A.J.C. van, Pierre Cuypers architect  1827-1921,Waanders Uitgevers, Zwolle

Bron: Jaco Alberts, Eddy Habben Jansen en Diederik Smit, Het Haagse Binnenhof,  ProDemos